Studio Herman Teirlinck

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Studio Herman Teirlinck
Studio van het Nationaal Toneel
Hoger Instituut voor Dramatische Kunsten
Algemeen
Locatie Antwerpen, Vlag van België België
Opgericht 1946
Type Toneel- en kleinkunstopleiding
Portaal  Portaalicoon   Onderwijs

Studio Herman Teirlinck, initieel Studio van het Nationaal Toneel, was jarenlang een belangrijk onderdeel van de Vlaamse toneelopleiding. Vooral de afdeling kleinkunst, ook wel kleinkunstacademie genoemd, leverde tientallen Zuid- en Noord-Nederlandse zangers, cabaretiers en andere podium- of televisiekunstenaars af. In het jaar 2000 werd de studio, na een fusie met andere opleidingen, onderdeel van het Herman Teirlinck Instituut.

Geschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

De Vlaamse roman- en toneelauteur Herman Teirlinck startte in 1946 met een Studio, een vervolmakingscursus voor toneelspelers bij het Nationaal Toneel - Koninklijke Nederlandse Schouwburg. In 1966 werd de Studio door het ministerie van Cultuur (later dat van Onderwijs) overgenomen als Hoger Instituut voor Dramatische Kunst - Studio Herman Teirlinck.

In 1995-96 werd het hoger onderwijs in Vlaanderen gereorganiseerd en kwam de studio naast de drama-opleiding van het Antwerpse Conservatorium (de ‘Toneelklas Dora van der Groen’) onder hetzelfde bestuur van de Hogeschool Antwerpen. Aangezien de overheid slechts één opleiding wilde subsidiëren, werden de opleidingen samengevoegd vanaf 2000 onder de naam Herman Teirlinck Instituut (HTI). Vanaf 2002 werd de acteeropleiding volledig samengevoegd vanaf het eerste bachelorjaar. Enkele jaren later was de volledige fusie afgerond. De volledige opleiding Drama (met afstudeerrichtingen Acteren, Kleinkunst en Woordkunst) maakt sinds 2008 deel uit van het Koninklijk Conservatorium Antwerpen, Artesis Plantijn Hogeschool. Alle woordkunst, kleinkunst en acteeropleidingen werden gegroepeerd en met de opleidingen Muziek en Dans samengebracht op de campus deSingel in 2010.

Het gebouw van de Studio Herman Teirlinck in de Maarschalk Gerardstraat 4 werd tot 2010 gebruikt in de opleiding, het werd aangeduid als Campus Studio. Vanaf juli 2011 is het in gebruik bij kunstencentrum Villanella.

Directie en enkele docenten[bewerken | brontekst bewerken]

Fred Engelen[bewerken | brontekst bewerken]

Fred Engelen was de eerste vaste acteur-regisseur binnen het Herman Teirlinck Instituut. Voor zijn lessen zorgde hij steeds voor een degelijke onderbouw van research en theoretische kennis. Fred Engelen maakte van de Studio een school waar men 'kinderlijk mag spelen met zijn fantasieën'.

Alfons Goris[bewerken | brontekst bewerken]

In 1961 namen Alfons Goris (leiding) en Walter Tillemans (adjunct) de taak van Engelen over. Als jonge leider van de Studio had Goris het echt niet gemakkelijk daar de Studio als opleidingsinstituut op dat moment nog geen enkel officieel statuut bezat. Met de instemming van Teirlinck zocht Goris contact met de centrale overheid, zodat in 1966 de Studio het statuut kreeg van instelling voor hoger kunstonderwijs, met Goris als directeur. De officiële benaming van de school luidde “Hoger Instituut voor Dramatische Kunst” met als roepnaam “Studio Herman Teirlinck”. Eveneens in overleg met Herman Teirlinck had Alfons Goris in 1966 een nieuw leerplan opgesteld. Een officiële rijksschool dient nu eenmaal een officieel studieprogramma te hebben.

In 1972 werd de studieduur van drie op vier jaren gebracht. Meteen gaf Goris aan de opleiding een academische structuur. Tijdens de eerste twee jaren werd er een basisopleiding en -training gegeven, tijdens de twee laatste jaren werd er vooral aandacht besteed aan het maken en spelen van voorstellingen, en kwamen de theaterstudenten in een soort van proefgezelschap terecht. In 1970 was de Studio ook verhuisd naar een groter gebouw in de Maarschalk Gérardstraat 4 te Antwerpen: een voormalig hotel, later bankinstelling, niet ver van de voornaamste Antwerpse theaters en van het bruisende stadscentrum.

Walter Tillemans[bewerken | brontekst bewerken]

Diverse spelleiders hebben in de loop van deze decennia mede het gezicht van de Studio bepaald. In de werkvoorstellingen van het proeftheater zorgde onder meer Walter Tillemans voor opmerkelijke producties. Het begeleiden van de studenten op buitenlandse studiereizen, werkte meer dan eens inspirerend.

Francois Beukelaers[bewerken | brontekst bewerken]

Na Tillemans was het voornamelijk François Beukelaers, die in de jaren zeventig en tachtig heeft uitgepakt met een reeks van verrassende voorstellingen, hoofdzakelijk gebaseerd op improvisaties van de studenten. Deze werkvoorstellingen werden in de oefenzaal van de Studio in de Maarschalk Gérardstraat voor een steevast talrijk en enthousiast publiek gegeven. Het meest belangrijke werk werd echter niet in de openbaarheid geleverd: bij voorstellingen van studenten is immers (nog) niet het resultaat het belangrijkste, maar wél het doorgemaakte leerproces. Zo wilde Beukelaers dat de jonge acteurs in de eerste plaats zichzelf zouden ontdekken. “Je moet de gelegenheid kunnen hebben om te mislukken. Hoe meer je mislukt, hoe meer je kunt uitvissen wat je wél kunt”.

Toon Brouwers[bewerken | brontekst bewerken]

In 1991 werd Alfons Goris opgevolgd door dramaturg Toon Brouwers. Met acteur Jan Decleir als voornaamste speldocent, kreeg de Studio weer een nieuwe impuls. Decleir legde de focus op de veranderlijkheid van kunst. "Alles is veranderlijk. Kunst ook, want kunst is toch de expressie van de levende veranderlijke mens." Tot hiertoe werd vooral de methode van Stanislavski toegepast in de Studio, maar in de jaren negentig werd deze methode meer en meer vervangen door een improvisatorische aanpak. Tijdens het directeurschap van Toon Brouwers vond ook de aanloop naar een fusie met andere instituten voor hoger onderwijs plaats. De Vlaamse overheid besliste immers begin van de jaren negentig via een aantal decreten om enerzijds het hoger onderwijs buiten de universiteit te herwaarderen, en anderzijds om een structuur met “grote” hogescholen te realiseren. Bij de fusie van de hogescholen in het najaar van 1995 werd de Studio als zelfstandige hogeschool opgeheven, en Brouwers werd hoogleraar in de nieuwe Hogeschool Antwerpen.

Alumni[bewerken | brontekst bewerken]

Toneel Studio Herman Teirlinck[bewerken | brontekst bewerken]

Zie Herman Teirlinck Instituut voor jongere alumni van de opleiding.

Kleinkunst Studio Herman Teirlinck[bewerken | brontekst bewerken]

(vanaf 1969, eerste afgestudeerden vanaf 1972)

Zie Herman Teirlinck Instituut voor jongere alumni van de opleiding.